Google

Kopafbeelding

Stuur een mail naar de Begeleidingsdienst voor Vrijescholen: P. van Meurs
Stel een vraag
Mesolijnen Handvaardigheid:
Handvaardigheid-handenarbeid en handwerken

K-HH1

basisvaardigheden
De kinderen kunnen papier vouwen, scheuren, knippen en plakken.

De leraar oefent deze vaardigheden met de kleuters, afhankelijk van de leeftijd en de mogelijkheid van de kinderen.
*

K-HH2

basisvaardigheden
De kinderen beheersen eenvoudige weeftechnieken, vlechten en knopen.

De leraar maakt deze werkstukjes met de oudste kleuters.
*

K-HH3

basisvaardigheden
De kinderen kunnen onder leiding elementaire timmertechnieken toepassen: spijker slaan, nijptang gebruiken, zagen.

De leraar laat de kinderen deze timmertechnieken oefenen aan de timmertafel onder zijn leiding of die van een assistent of ouder.
*

K-HH4

basisvaardigheden
De kinderen kunnen werkstukjes maken uit speksteen met schuur en schaaftechnieken.

De leraar laat de kinderen het proces van ruw naar glad ervaren, door het voelen van het speksteen.
*

K-HH5

vormgeving en creativiteit
De kinderen maken werkstukjes naar de verbeelding (verhaal, versjes, beleving) met kosteloos materiaal, papier/karton, natuurlijke producten (kastanjes, pitten).

De leraar laat de kinderen werkstukjes maken – soms door de leraar voorbereid – vaak in relatie met seizoenen of jaarfeesten.
*

K-HH6

vormgeving en creativiteit
De kinderen maken eenvoudige weefstukjes en vlechtstukjes met papier, textiel etc. naar een voorbeeld of naar de verbeelding.

De leraar laat de kinderen werkstukjes maken – soms door de leraar voorbereid, soms naar de eigen verbeelding. Vaak staan de opdrachten in relatie met seizoenen of jaarfeesten.
*

K-HH7

vormgeving en creativiteit
De kinderen maken eenvoudige werkstukjes met papier, textiel etc. naar een voorbeeld of naar de verbeelding.

De leraar laat de kinderen werkstukjes maken – soms door de leraar voorbereid, soms naar de eigen verbeelding. Vaak staan de opdrachten in relatie met seizoenen of jaarfeesten.
*

K-HH8

vormgeving en creativiteit
De kinderen kunnen onder leiding een werkstukje vormgeven van hout (plankjes spijkeren, takje zagen etc).

De leraar laat de kinderen werkstukjes maken – soms door de leraar voorbereid, soms naar de eigen verbeelding.
*

K-HH9

beschouwing
De kinderen kunnen kwaliteiten benoemen van verschillende materialen: hard, zacht, warm, koud.

Bij het gebruik van naaststaande materialen spreekt de leraar met de kinderen over de kwaliteit van de materialen. In sommige liedjes komen deze kwaliteiten ook voor: warme wol, harde steen…
*

K-HH10

beschouwing
De kinderen kunnen de relatie leggen tussen eigenschappen van materialen en het gebruik ervan.

De leraar praat met de kinderen over het gebruik van materialen: hout om te timmeren; papier om te tekenen of vouwen; wol om te weven.
*

handschriftontwikkeling


K-HS1

motorisch-technische schrijfvaardigheid
De kinderen kunnen bewegingenuitvoeren vanuit schouder, elleboog, pols en strek-, buig- en draaibewegingen van de vingers in combinatie met zijwaartse polsbewegingen.

De leraar geeft oefeningen om de grove en de fijne motoriek te oefenen in de vorm van spelletjes en liedjes. Bewegingen met de hele arm vanuit de schouder, klop- en draaibewegingen vanuit de elleboog en kleine bewegingen vanuit de pols.
*

K-HS2

motorisch-technische schrijfvaardigheid
De kinderen kunnen doorgaande guirlanderachtige bewegingen uitvoeren in de ruimte en op het platte vlak.

De leraar geeft oefeningen waarin doorgaande bewegingen (in de schrijfrichting) geoefend worden zoals rollende, golvende, puntige bewegingen en alternerende vormen zoals klein-klein-groot etc.
*

K-HS3

motorisch-technische schrijfvaardigheid
De kinderen kunnen ontspannen tekenen met de voorkeurshand.

De leraar ziet erop toe dat de kinderen ontspannen en met een juiste druk op blokje, krijtje of potlood tekenen; corrigeert het ‘wilde’ krassen als vlakvulling en leert de kinderen meer beheerste technieken.
*

K-HS4

motorisch-technische schrijfvaardigheid
De kinderen kunnen tekenen met een correcte potloodgreep.

De leraar leert de kinderen (door voorbeeld, vanuit vingerspelletjes en gerichte ‘potloodgreepspelletjes’) een goede potloodgreep.
*

K-HS5

motorisch-technische schrijfvaardigheid
De kinderen kunnen tekenen met behoud van een correcte zit- en schrijfhouding.

De leraar draaft er zorg voor dat kinderen bij het tekenen recht op hun stoel zitten als voorbereiding op een juiste schrijfhouding.
*

K-HS6

grafische vormgeving
De kinderen kunnen een afgeronde riuimtelijke beweging nadoen.

Vanuit imitatiespelletjes laat de leraar de kinderen afgeronde ruimtelijke bewegingen nadoen.
*

K-HS7

grafische vormgeving
De kinderen kunnen een vorm van het bord of een blad natekenen.

De leraar bereidt het natekenen vanaf een schoolbord voor door kinderen eenvoudige vormen te laten natekenene vanaf een schoolbord of blad.
*